Zondag 29 mei De nieuwsberichten zijn niet bepaald veelbelovend. In de loop van de middag arriveren een paar zeiljachten uit respectievelijk Ierland, Frankrijk, Zwitserland en Duitsland die de veilige haven hebben opgezocht in afwachting van het aangekondigde slechte weer. In de vroege avond trekt de wind stevig aan. Het is verrassend hoe de AVALON, die met 6 lijnen stevig vastzit, toch zo kan schokken en bewegen. Met een wijntje en hapje houden we de moed er in. Ons tweepits gasfornuis zetten we los zodat het stevig, maar schommelend hangt en het eten een betere kans maakt om in de pan te blijven.

Het is even schrikken als we door onze raampjes plotseling een enorm brugdek van een reusachtig schip zien opdoemen. Dat kan maar twee dingen betekenen: óf een glaasje teveel op en daardoor een soort zinsbegoocheling; óf een reusachtig schip dat plotseling uit het niets verschijnt.... Gelukkig valt het mee: aan de andere kant van de (hoge)kade is de nieuwe veerboot van Texels Eigen Stoomboot Onderneming (TESO) afgemeerd. De nog splinternieuwe veerboot is aan de kade gelegd voor afbouw. Na nog een slaapmutsje toch nog heerlijk geslapen.

Maandag 30 mei. Uitvaren is niet verantwoord, We blijven nog een dagje luieren.

Dinsdag 31 mei. We gaan vertrekken! Maar niet zonder eerst uitgeslapen te hebben en een ontbijt met eieren en spek genuttigd te hebben. Dat is weer het voordeel van een getijde haven. Als de stroom tegen staat heeft het geen zin om te vertrekken, omdat een zeiljacht zelfs met de motor bij niet of nauwelijks vooruit zal komen. Pas in de middag is het getij gunstig en gaan de trossen los. Het zonnetje schijnt en we gaan weer richting Oudeschild op Texel. Dit keer zijn we van plan (lees: Peter is van plan) om de boot met de spiegel (achterzijde) naar de kade af te meren. Verleden keer lag de boot met de boeg naar de kade en hoewel mijn klauterpartij via het anker om weer aan boord te komen zonder ongelukken verliep vond Peter dit toch niet de meest veilige manier. 

Nog maar net onderweg constateert Peter dat volgens de apparatuur onze snelheid 'nul' is. Dat is vreemd, want hoewel de AVALON geen race-boot is, hebben we met een aardige (windkracht) 4 de wind goed in de zeilen. Volgens Peter moet het log het probleem zijn. Het log is een apparaatje met radertjes dat onder het schip hangt. Het meet de snelheid door het water en geeft dit elektronisch door. Maar nu dus niet. Dat is op zich geen probleem, maar moet wel verholpen worden. En dat kan lastig zijn vanwege de plaatsing onder het schip en dus onder de waterlijn. Een snorkel en duikbril zou eigenlijk tot de standaard uitrusting van een zeilboot moeten behoren. Die dingen hebben we niet en gelet op het koude water staan plonspartijen (al dan niet vrijwillig)voorlopig niet hoog op de agenda.

Eenmaal afgemeerd in Oudeschild schiet het Peter plotseling te binnen dat de vorige eigenaar iets heeft verteld over de controle van het log en dat zònder een nat pak. De oplossing zit onder een vloerluik binnen in het schip. Daar zit in een soort bak een reuze stop (maatje WC-rol). Onderaan die stop zit het log bevestigd. De stop met het log kan worden losgedraaid. Maar anders dan het verwijderen van een stop uit een volle badkuip loopt het water dan niet weg, maar juist de boot in. Daarom moet na verwijdering van het log snel een nood-dop in het gat worden gedraaid. Dat gaat goed. Tijdens deze spannende exercitie blijft mijn rol gelukkig beperkt tot het klaar staan met emmer, dweil en advies. Aan het log zit wat zeewier en nadat Peter dit verwijderd plaatst hij het log weer op de goede plek. Reparatie geslaagd,we kunnen weer terug naar Den Helder.

Bij het uitvaren van de haven is het drukker dan verwacht met grote boten die snel varen en allemaal voorrang hebben. Maar eenmaal op de Waddenzee hebben we weer alle ruimte, en volgens de apparatuur is het log weer hard aan het werk.